7 Sociaal domein

Financiën

Beleidsveld 7.1 Jeugdzorg

Jeugdzorg, nadeel € 177.000
In de algemene uitkering zijn extra middelen opgenomen bedoeld om tekorten in de jeugdzorg te compenseren. Vanuit de prognose laten de kosten voor Jeugdzorg een structureel nadeel zien van
€ 177.000. De verhoging van het budget kan uit deze extra middelen worden gedekt.
Er wordt in samenhang met  Grip op Sociaal Domein, de nota preventiebeleid en visie op jeugdzorg een nader plan uitgewerkt gericht op versterking van preventie, algemene voorzieningen en beperking van kosten van gespecialiseerde jeugdhulp (met gelijkblijvende of betere kwaliteit), waarvoor onderbouwd middelen zullen worden gevraagd via een separaat raadsvoorstel.

Het nadeel wordt met name veroorzaakt door de hogere kostenprognose voor Gecertificeerde Instellingen (GI's) van € 121.000 en een toename in de geprognosticeerde kosten voor Topsegment Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) van € 261.000. Voor het midden- en  topsegment LTA (landelijk transitie arrangement) verwachten we op basis van het actuele declaratiepatroon een nadeel van € 12.000 (2 x € 6.000) .
Tegenover deze nadelen staan ook voordelen, zoals een voordeel op de kosten voor Persoonsgebonden budgetten (Pgb's) van € 91.000. Bovendien verwachten we dat de kosten voor Topsegment Licht Verstandelijk Beperkt (LVB) en Jeugd&Opvoeding (J&O) gunstiger uitvallen dan begroot, te weten € 76.000 en € 50.000 voordeliger.

Stelpost buffer bij taakstelling jeugdzorg, nadeel € 300.000
In de voorgaande jaren zijn de kosten van de jeugdzorg in Dalfsen, evenals in veel andere gemeenten gestegen. Dit stond tegenover een dalende rijksbijdrage voor de jeugdzorg. In een streven naar kostenbeheersing is een taakstelling opgelegd van € 100.000 oplopend naar € 400.000 in een periode van vier jaar. Bij het onderdeel ‘belangrijke ontwikkelingen’ is al toegelicht dat er bij de Perspectiefnota (2023) een uitwerking komt waarin de haalbaarheid van de taakstelling wordt gespecificeerd in samenhang met lopende actieplannen. Vooruitlopend hierop is een stelpost van € 300.000 als buffer opgenomen.

Beleidsveld 7.3 Participatie

Sociale Werkvoorziening, nadeel € 129.000 (2022), nadeel € 45.000 (2023), voordeel € 37.000 (2024), voordeel € 117.000 (2025)
Door de verwachte uitstroom bij de SW als gevolg van pensionering realiseren we lagere salarislasten en wordt het nadeel in 2024 omgezet naar een voordeel op deze grootboekrekening.

Beleidsveld 7.6 WMO

Wmo, voordeel € 2.000 (2022), nadeel € 72.000 (2023 e.v.)
Voor beschermd wonen is in de regio bestuurlijk afgesproken om in 2022 nog eenmaal incidenteel de centrumgemeentelijke overschotten vrij te laten vallen (€ 302.000). Dit bedrag zetten we in voor enerzijds incidentele extra kosten i.v.m. heronderzoek cliënten Hulp bij het Huishouden (HH) i.v.m. toekomstbestendige HH (€ 142.000) en anderzijds een forse tariefstijging per 1-1-2022 i.v.m. aanbesteding Hulp bij het Huishouden. Het resterende deel van de vrijval beschermd wonen over 2022 zetten we in om een gedeelte van de via de begroting 2021 ingeboekte taakstelling Wmo van € 200.000 in 2022 te realiseren (€ 86.000).
Gezien de tariefstijging HH per 1-1-2022 alleen in 2022 kan worden gedekt uit extra vrijval beschermd wonen (incidenteel), wordt voor 2023 en verder een structureel nadeel ad. € 72.000 gerealiseerd.
Doordat de toegang voor de HH per 2022 volledig bij de gemeente komt te liggen, zien de consulenten Wmo meer cliënten dan nu het geval is. Hiervoor is structureel extra capaciteit nodig (€ 38.000), wij verwachten dit taakstellend in de begroting op te kunnen opvangen.
Daarnaast zien we sinds 2020 een afname van het aantal voorzieningen (voordeel € 118.000 - structurele realisatie taakstelling begroting 2021). Door meer te sturen op ‘de juiste zorg op de juiste plek”, zijn er meer cliënten doorgestroomd naar de Wlz. Daarnaast toetsen en trainen we onze consulenten in het verbeteren van het onderzoek. Hierdoor leiden minder meldingen tot indicaties, en kan meer opgelost worden in het voorliggend veld of de Wlz. Ook de kosten voor rolstoelen stellen we structureel naar beneden bij (€ 15.000 voordeel -  structurele realisatie taakstelling begroting 2021), doordat we scherper sturen op terugkoop van hulpmiddelen door de leverancier.
De informatieverstrekking vanuit het CAK over de eigen bijdragen is inmiddels op orde  Op basis van dit inzicht is sprake van een structureel nadeel ad. € 6.000. Wij vangen deze € 6.000 taakstellend op binnen de Wmo begroting.

Taakstellingen
Samenvattend wordt de opgelegde taakstelling Wmo in 2021 (€ 100.000) en in 2022 (€ 200.000) gerealiseerd. Vanaf 2023, 2024 en verder wordt nog gezocht naar besparingsmogelijkheden (voor
2023 € 80.000 en 2024 € 180.000). De verwachting is dat ingezette beleidswijzigingen zoals de nieuwe contractering toekomstgerichte HH per 1-1-2022, de doorontwikkeling naar indicatieloze inloopvoorzieningen dagbesteding en blijvende sturing op Wlz en toetsing gaan helpen om de nog openstaande taakstelling te realiseren.

Deze pagina is gebouwd op 10/14/2021 16:09:18 met de export van 10/14/2021 15:58:24